vrijdag 25 februari 2011

Scoop-opdracht

Recensenten en cultuurredacties aan het woordThis is a featured page

 Hoe recensies steeds korter worden
 

Theaterrecensenten Wouter Hillaert en Liv Laveyne werkten lange tijd voor De Morgen, waar ze kritische en onderbouwde theaterrecensies afleverden. Toen de krant een frisse wind wou laten waaien, verhuisden ze naar De Standaard en Knack. Het was de periode waarin De Morgen voor een andere look ging en enkele hervormingen invoerde. Er kwam een bredere focus op cultuur.

Phile Deprez - NTGent
De vroegere cultuurkatern ‘Encore’ die elke donderdag bij De Morgen verscheen, kreeg de naam ‘Cultuur & Media’. Wat wijst op de groeiende belangstelling voor media in de geschreven pers. “Dat mediaberichten populairder worden komt doordat redacties zich laten leiden door dat waarvan zij denken dat hun publiek het wil lezen. Deze berichten kunnen interessant zijn als het gaat over hoe de mediagroepen werken, welke verschuivingen er zijn en hoe alles verloopt achter de schermen. Maar als de deelnemers van De Slimste Mens nog eens worden voorgesteld terwijl iedereen ze de avond ervoor op het scherm heeft gezien, dan ben je bezig met kopiëren en wordt er niets relevants verteld”, aldus Wouter Hillaert.
Volgens hem is die evolutie één van de twee tendensen die vandaag spelen. Enerzijds zijn kranten steeds meer commerciële bedrijven, die winst moeten maken en rekening moeten houden met hun klandizie. Wouter Hillaert: “Vroeger was er Café des Arts, de cultuurbijlage in De Morgen waarin plaats werd gemaakt voor duidende opinies. De educatieve taak die toen uitgedragen werd, wordt steeds meer verlaten. Het was een dynamiek die uitging van de kranten zelf: wat vinden wij dat ons lezerspubliek moet weten? Nu zie je meer de omgekeerde tendens: wat interesseert ons publiek? Het is een logische redenering binnen de commercialisering. Maar als je zo redeneert krijg je het effect dat disciplines die meer mensen trekken, meer aandacht krijgen.”

“Je zou kunnen zeggen dat recensies de opiniestukken zijn
binnen de cultuurberichtgeving”

Wouter Hillaert

Opinie
Een tweede tendens die Hillaert onderscheidt, is een evolutie in de cultuursector zelf. Door extra input van minister Anciaux is er de laatste tien jaar een te groot cultureel aanbod om volledig te kunnen dekken. Het wordt onmogelijk om over alles bericht te geven. “Toen ik begon bij De Morgen in 2002, profileerde de krant zich als cultuurkrant en was er een streven naar het geven van een volledig overzicht van het cultuurleven. Al snel bleek dat onmogelijk.”
Door die twee tendensen is er steeds minder plaats voor theaterrecensies met een analyse en duiding. Wouter Hillaert: “Het is heel vreemd dat opiniepagina’s weer in hun opmars zijn, welke ik heel interessant vind, en dat diezelfde functie niet opgaat voor cultuur. Want je zou kunnen zeggen dat recensies de opiniestukken zijn binnen de cultuurberichtgeving.”
De gemiddelde recensie telt 3000 tekens, maar dat aantal werd in De Standaard verminderd naar 2400 tekens. “Het is niet zo dat de kranten inwisselbaar zijn maar je voelt dat er geen ideologisch project meer is. Dat is logisch voor de tijd waarin wij leven maar samen met dat ideologische is ook de educatieve functie verdwenen. Als je meedenkt in de commerciële logica die nu heerst, zie ik toch een duidelijke contradictie. Zo denk ik niet dat als de recensies verkort worden, ze daardoor toegankelijker worden voor de lezer. In tegendeel je hebt geen plaats meer om te kaderen en achtergrondinformatie te bieden.”
Theaterrecensente Liv Laveyne krijgt in Knack slechts 1000 tekens om haar bevindingen over een bepaalde voorstelling neer te schrijven. “Dat is heel weinig voor een recensie. Gelukkige heeft Knack een blog waar ik telkens de uitgebreide versie van minimum 4500 tekens kan publiceren. Ik hoop dat de lezer het kleine blokje in Knack beschouwt als een teaser om dan het volledige stuk op de site te lezen. In hoeverre dat gebeurt, daar heb ik geen zicht op. Sowieso schrijf je als theaterrecensent voor een nichepubliek. Het grote voordeel aan de blog is dat het gratis is en voor iedereen beschikbaar.”

“Een theaterrecensie moet ons iets leren over de voorstelling,
niet over de persoon die ze schrijft”
Sarah Vankersschaever

Kylie Minogue

Dat we vaker recensies over populaire theaterstukken van en met bekende acteurs en regisseurs lezen, is een logisch gevolg van de commercialisering in de pers. “Een krant is een massamedium, dus schrijven we voor een breed publiek”, licht Sarah Vankersschaever toe. Zij is redactrice Media & Cultuur bij De Standaard en beslist samen met Wouter Hillaert welke theaterberichten in de krant verschijnen. “We moeten rekening houden met wat de lezer ‘moet’ lezen (wil hij mee zijn met wat er leeft), en de stukken die hij ‘wil’ lezen (wat prikkelt en opvalt tussen het overaanbod aan artikelen). ‘Willen’ is vaak gebaseerd op een vorm van herkenning. Daarom zou het fout zijn als krant om in de marge te opereren en zich te distantiëren van alles wat bekend of populair is. Zoals de choreograaf Akram Khan zei: ‘We vergeten dat Kylie Minogue extreem getalenteerd is binnen haar vakgebied.' Moeten we Kylie niet recenseren omdat ze populair is? En omgekeerd: moeten we als massamedium Akram Khan niet recenseren omdat minder dan drie procent van onze lezers de man kent?”


“Als er enkel gefocust wordt op de grote producties
dan geeft het een onjuist beeld van het theaterlandschap”
Liv Laveyne


Belevingsjournalistiek
Er moet dus een goede balans worden gezocht tussen het recenseren van bekende en minder bekende voorstellingen. “Door het overaanbod moeten er keuzes worden gemaakt. Maar als er enkel gefocust wordt op de grote producties dan geeft het een onjuist beeld van het theaterlandschap. De bekendheid van een bepaalde theatermaker speelt zeker en vast een grote rol. Daarbij wordt ook steeds meer belevingsjournalistiek gebruikt binnen recensies. Het gaat meer over de persoonlijke emotionaliteit dan over een analyse van een stuk. Dat is een tendens die verder gaat dan enkel bij de berichtgeving over theater”, zegt Liv Laveyne. In De Morgen is het wel vaker terug te vinden. De berichten worden persoonlijker, het gaat over hoe de journalist iets heeft beleefd en dat als een soort vriend wil delen met de lezer. Zo schrijft Griet Op De Beeck elke week een column over een theaterstuk dat ze gezien heeft of over een boek dat ze wil aanraden. Binnen de theaterkritiek vindt Vankersschaever deze vorm van journalistiek minder gepast. “Een theaterrecensie moet ons iets leren over de voorstelling, niet over de persoon die ze schrijft.”
Volgens Wouter Hillaert is de servicefunctie nog steeds een belangrijke functie van de media. “Wij vertellen de lezer waar die dit weekend naar toe moet, we geven handige tips. Het is nog altijd een belangrijke taak van de krant om de mensen naar het theater te doen gaan, maar het gebeurt steeds meer in een consumentenretoriek. Het gaat eerder over de vraag: 'zal ik waar krijgen voor mijn geld?' dan over: 'is het goede kunst of niet?'”
Maar deze functie vinden niet alle redacties even belangrijk. In Het Laatste Nieuws worden amper nog recensies gepubliceerd. Chef nieuws Dimitri Antonissen van Het Laatste Nieuws vindt dat er voldoende andere gespecialiseerde kanalen zijn zoals de Zone-magazines of websites als cobra.be, die de lezer kan gebruiken om op de hoogte te blijven van het culturele leven. “Door het groeiende cultuuraanbod, is er veel plaats nodig om alles te bespreken. Het Laatste Nieuws heeft er bewust voor gekozen om de beperkte ruimte te gebruiken voor inhoud waarin we uniek kunnen zijn.”